Blog

Wij houden deze blog bij voor iedereen die ons avontuur wil volgen, en natuurlijk voor onze sponsors.

Zo nemen we jullie een beetje mee onderweg naar Dakar: van de voorbereiding in de garage tot de kilometers door zand, modder en woestijn. 

 

Bekijk ook onze foto's en filmpjes.

Gambia – Warm welkom, mooie projecten en… de veiling!

Na ruim zes uur wachten bij de grens besloten we de auto’s achter te laten en met de taxi alvast door te reizen naar ons hotel in Gambia. Gelukkig maar, want daar werden we met open armen ontvangen en er werd zelfs nog speciaal voor ons gekookt. De volgende ochtend gingen een paar teamleden terug naar de grens om de auto’s op te halen en dat bleek verrassend snel geregeld.

Bezoek aan een mooi schoolproject

Daarna bezochten we een school die gesteund wordt door één van de teams uit onze groep. We werden verwelkomd door een groep leerlingen die een prachtig lied voor ons zong.

We kregen uitleg en een rondleiding. Het is indrukwekkend om te zien wat er dankzij donaties al bereikt is:

  • nette, verzorgde klaslokalen
  • herstelde muren die dieren buiten houden
  • een waterput en overal werkende kranen
  • een moestuin waar groente wordt verbouwd

Met het geld dat dit team nu heeft opgehaald, worden de toiletten opgeknapt. Mooi om van dichtbij te zien hoe concreet de hulp hier uitpakt.

Op naar Banjul

Daarna reden we door naar Banjul. We werden verwelkomd met drankjes en muziek en er stond zelfs een barbecue op het strand klaar. Kampvuur, sterke verhalen, koude drankjes. Wat wil een mens nog meer?

Het project dat wij steunen

De volgende dag bezochten we het project dat wij, en dus ook al onze sponsors, steunen. Ze hadden het groots aangepakt: alle leerlingen waren aanwezig.

We hoorden verhalen van vrouwen die vroeger als meisjes vochten voor een betere toekomst, een toekomst die ze ook écht kregen dankzij scholing. Sommigen zijn nu zelf docent en geven op hun beurt les aan nieuwe generaties meisjes.

We leerden ook dat het project veel tijd steekt in gesprekken met ouders om het belang van onderwijs uit te leggen. Want nog te vaak verdwijnen meisjes ineens uit de klas, omdat ze worden uitgehuwelijkt of naar de markt worden gestuurd. Dankzij financiële steun wordt onderwijs toegankelijker en betaalbaarder voor families. Dat maakt daadwerkelijk verschil.

Tijd voor de veiling

Na deze bijzondere ochtend moesten wij snel terug naar Banjul om onze auto klaar te maken voor de veiling. Zo schoon mogelijk proberen te krijgen van binnen en buiten. De volgende dag was de veiling.

Deze vond plaats in een stadion. Eerst mochten de bezoekers de auto’s bekijken en vragen stellen. Daarna namen ze plaats en werden de auto’s één voor één de tent ingereden. Als eigenaar kreeg je kort de tijd om de auto te promoten en toen begon het bieden.

En wát werd er geboden.
Recordbedragen zelfs: als groep hebben we samen het meeste opgehaald van alle veilingen in de afgelopen jaren. Al moeten we eerlijk toegeven dat niet alle auto’s barrels waren dit jaar 😉.

Wij zijn ontzettend blij met het bedrag dat onze auto heeft opgebracht: ruim € 5.400,-!

Na de lange veilingdag namen we afscheid van onze auto’s en vervolgden we de reis per taxi. Een vreemd moment, maar we kijken terug op iets prachtigs. We hebben gedaan wat we kwamen doen en dat voelt goed.

Laatste dagen & terug naar huis

Gisteren hadden we eindelijk weer eens een echte rustdag, waar we allemaal wel aan toe waren. En vanavond vliegen we alweer naar huis.

Drie waanzinnige weken vol avontuur, uitdagingen, nieuwe vrienden, prachtige landschappen en bijzondere ontmoetingen.

We gaan naar huis met een heel tevreden gevoel.

Nogmaals dank aan iedereen die samen met ons het goede doel heeft gesteund!

De auto is verkocht op de veiling in Gambia. Alles wat er nu nog gesponsord wordt gaat rechtstreeks naar het goed doel! 

 

 

We hebben de finish gehaald!

Maar eerst even een paar dagen terug, naar onze welverdiende rust in Dakhla. We hadden een fijn appartement midden in de Marokkaanse reuring: winkeltjes, kleine supermarktjes, eettentjes… alles op loopafstand. We voelden ons er echt welkom. Iedereen begroette ons vriendelijk en je voelde gewoon aan alles dat we er mochten zijn.

We hebben in de zee gezwommen, heerlijk gegeten (voor bijna geen geld), een beetje door de buurt geslenterd, een boek gelezen op het dakterras, een borreltje gedronken met olijven erbij én ik heb nog een kitesurfles genomen. Helemaal geen slechte rustdagen dus.

Op naar Mauritanië

Toen het weer tijd was om te vertrekken, sloten we aan bij de laatste groep, de asfaltgroep. Samen reden we naar de grens van Mauritanië, waar we werden opgewacht door onze gids Sidi. Daarna volgde het gebruikelijke ritueel: controles, stempels, nog meer controles en nog een paar stempels. Vier uur later stonden we aan de andere kant van de grens. Eigenlijk ging het verrassend soepel, en we waren nog voor donker bij het hotel.

In Mauritanië kun je volgens de gidsen eigenlijk nergens alleen heen, dus worden we van hotel naar hotel begeleid, inclusief de bijbehorende restaurants. Je ziet zo minder van het land, maar goed het is wat het is.

Eindeloos zand en moordende zon

De dag erna reden we verder Mauritanië in, opgesplitst in twee groepen. Het landschap bestaat daar maar uit één ding: zand. En toch ziet het er telkens nét een beetje anders uit. Een andere kleur, een struik, grover zand, stuifzand,  subtiele variaties, maar na honderden kilometers zie je ze allemaal.

De weg (als je het zo mag noemen) is net zo eentonig, waardoor 400 kilometer een dagvullend programma is. De harde wind maakte het extra pittig, vooral voor de motorrijders die met ons meereizen. Ze werden letterlijk gezandstraald. Later ging de wind liggen en werd het ineens bloedheet: temperaturen tussen de 38 en 45 graden.

Onderweg moesten we onverwachts helpen: de Freelander had het begeven door slechte verstuivers. Gelukkig was er een monteur bij die alles al had gedemonteerd en op volle snelheid op zoek ging naar nieuwe of in ieder geval werkende tweedehands onderdelen. Uiteindelijk kwam iedereen, ook de teams die de zandroute hadden genomen, veilig aan.

Op naar Senegal

De dag erna reden we richting de grens van Senegal. En de rit ernaartoe was waanzinnig. Een soort mini extreme route waar iedereen doorheen moest, dwars door een landschap dat langzaam veranderde van zand naar groene vlaktes. Wat een contrast. We zagen ook nog wilde zwijnen, bijzondere vogels en eindelijk eens wat kleur na al die zanddagen.

De grensovergang ging verrassend soepel en toen reden we Senegal binnen.

Sint Louis was de eerste stad die we doorkruisten en we keken onze ogen uit: vrolijke mensen, kleuren, geuren, levendigheid — alles door elkaar. Onze camping bleek een waar paradijs: een schiereiland aan een lagune, witte stranden, heldere zee, en overal planten, bomen en bloemen. We hadden hier zó een extra dag kunnen blijven, maar… de finish wachtte.

De laatste kilometers

De laatste dag reden we het strand op, eerst door een stuk mul zand waar meerdere auto’s vast kwamen te zitten. Wij hebben flink wat slepen mogen doen. Daarna kwamen we op het strand zelf: 150 kilometer vol gas langs de kust. Zo gaaf.

Door wat vertragingen onderweg konden we helaas niet helemaal via het strand naar Dakar, dus moesten we weer een stuk mul zand in. Meer slepen, meer zweten, maar het hoorde er allemaal bij. Eén auto deed helemaal niks meer, dus die hebben we naar de finish gesleept. Snel ging het niet, maar wat een mooi moment: een groot deel van de groep bleef achter ons rijden om samen de finish te halen. Team spirit op z’n best.

Bij de finish stond het koude bier klaar. Proosten, lachen, opluchting. We hebben het gewoon gehaald!

Op naar Gambia (soort van…)

Vandaag zijn wij met een klein groepje alvast naar Gambia gereden. De rit ging supersoepel en we werden warm ontvangen bij de grens. So far so good.

We dachten rond vier uur heerlijk aan het zwembad te zitten met een biertje… maar nee. We zitten hier nog steeds. Ze willen ons niet doorlaten met de auto’s. Waarom? Geen idee. Hoe lang het duurt? Ook geen idee.

Maar goed, het geeft wél even tijd om een blog te schrijven 😉

Nog twee extreme routes, vier auto’s, heel veel zand en nog meer lol..

Ons clubje is inmiddels uitgebreid, want we hebben er een vierde team bij: een Honda CR-V, die, net als de Lada, overal vrolijk over- en doorheen hobbelt. En dat kwam goed uit, want ook de tweede extreme route was weer prachtig én pittig. Het landschap veranderde constant: stenen, zand, hard, zacht.

Zoals altijd probeerden we eerst koppig met volle bandenspanning door het mulle zand heen te ploegen… om vervolgens toe te geven dat het écht niet ging lukken. Dus: banden aflaten lopen. En een paar kilometer later op de stenen weer oppompen. En dat riedeltje herhaalden we nog een paar keer. Het kost wat tijd, maar eerlijk is eerlijk: het maakt het avontuur alleen maar leuker.

Dit keer kwamen we gelukkig iets eerder aan bij onze overnachtingsplek, waar we de rest van de teams weer troffen. En zoals altijd: drankje erbij, sterke verhalen delen en veel lachen.

De derde, en voor ons laatste, extreme route was misschien wel de mooiste. Hij begon technisch met rotsen en diepe geulen, ging daarna over in een gigantische zandbak waar snelheid en zachte banden verplicht zijn, en eindigde op een enorme zoutvlakte waar je zó hard mag rijden als je zelf durft. Vooral dat laatste is echt kicken.

Tijdens die laatste extreme route bleek dat niet alleen wij wat te verduren kregen. De schokbrekerrubbers linksvoor hadden de vele hobbels en klappen niet overleefd en waren compleet weg. Omdat we de schokbreker zelf niet wilden slopen, hebben we ‘m meteen laten vervangen.

Ook één van de banden besloot het avontuur iets minder leuk te vinden. Eerst een propje erin, later toch vervangen. Maar hé, dat hoort erbij. Als dit de schade is na drie extreme routes, mogen we absoluut niet klagen.

Tussen het stof door ook even écht Marokko zien

Omdat we veel rijden op plekken waar je niemand tegenkomt, en vaak overnachten met de hele Dakar-groep, zie je minder van het dagelijkse leven. Daarom pakken we soms bewust een ander hotel of lopen we een dorpje in om even het echte Marokko te proeven.

En wat blijft het toch een geweldig land: levendig, kleurrijk, geurig, vriendelijk en absurd lekker eten. We genieten er intens van.

5700 kilometer verder: hallo Dakhla

Inmiddels hebben we al ruim 5700 kilometer achter de kiezen en zitten we in Dakhla, een zuidelijke kuststad vol zee, vis, kitesurfers en een fijne sfeer. We hebben een klein appartement midden in de drukte en dat is heerlijk: alles binnen handbereik en volop leven om ons heen.

Hier blijven we vier nachten. Daarna gaan we met ongeveer een derde van de groep in teams van vijf auto’s met een gids door Mauritanië, via de weg. De andere twee derde kiest voor de zandroute en zal vier dagen off-road onderweg zijn voordat we elkaar weer ontmoeten bij de tweede overnachtingsplek. Daarna steken we samen de grens van Senegal over.

Waarom wij niet door het zand van Mauritanië gaan

Heel simpel: ik (Jennifer) vind het niet prettig. Ondanks dat veel mensen zeggen dat het veilig is, krijg ik de onrust niet uit mijn hoofd. En soms moet je dat gewoon serieus nemen.

We hebben inmiddels zóveel prachtige off-road routes gereden, hier én in andere landen, dat we er allebei snel uit waren: deze slaan we over. En eerlijk? Het levert ons ook wat moois op: nóg wat extra dagen cultuur, rust, goed eten en misschien… een kitesurflesje. Voor mij dan hè. 😅

Van Spanje naar Marokko – stof, sleutels en sterke verhalen

Na een gezellige avond in Spanje vertrokken we de volgende ochtend vroeg richting de boot naar Marokko. Op de boot besloten we om de groep even los te laten en de snelste route te nemen naar Zagora, waar een tweedehands radiator op ons lag te wachten. Een flinke rit, die we niet in één keer konden doen. Zo’n 175 kilometer voor Zagora vonden we midden in the middle of nowhere een prachtige auberge. Boven verwachting mooi, en ondanks dat we laat aankwamen, warmde de host nog een heerlijke soep voor ons op. Voldaan en blij met deze verrassing doken we snel ons bed in.

De volgende dag reden we het laatste stukje naar Zagora, wat al snel de sleutelstad van Marokko bleek te zijn. Zodra we de stad naderden, kwamen van alle kanten mensen naar ons toe om ons naar “de beste garage van de stad” te lokken. Gelukkig hadden wij via via al een contactpersoon, die ons een paar kilometer buiten de stad opwachtte en ons naar zijn garage leidde.

Na wat stevig onderhandelen en voor ons een welverdiende lunchpauze, hadden we een mooie tweedehands radiator te pakken. Missie geslaagd! Daarna besloten we het rustig aan te doen en een camping in Zagora te zoeken. Even een middag en avond zonder rijden: koken, kletsen en een beetje lezen. Heerlijk!

De dag erna pakten we alles weer in en reden we naar Merzouga om ons weer aan te sluiten bij de groep. Het werd een gezellige avond met sterke verhalen en veel gelach. Die avond werden de teams gevormd voor de extreme route van Merzouga naar Zagora. Voor ons betekende dat: heen over de weg, terug door... nou ja, van alles wat we zouden tegenkomen.

Volgens de organisatie was de route geschikt voor zowel 4WD als 2WD, dus wij (optimistisch of naïef als altijd) haalden iedereen over om mee te gaan. Uiteindelijk vertrokken we de volgende ochtend met een bonte stoet: twee Volvo’s, een Range Rover, een Discovery, een Lada en een Honda. Iets te veel auto’s misschien, maar ach, we zien wel.

Dat hebben we geweten. Van asfalt naar stenen, naar mul zand en weer terug. Banden leeg, banden vol, sleepje hier, sleepje daar. We vertrokken om 8:00 uur en kwamen pas om 20:00 uur weer aan in Zagora. Onderweg overwogen we nog om de route af te breken en via het asfalt te gaan, maar niemand wist hoe lang dat zou duren – dus kozen we ervoor om het af te maken. En wat zijn we daar blij om.

Het laatste stuk was fantastisch. Iedereen koos zijn eigen pad, stofwolken achter ons, gas erop en blik op oneindig. Puur genieten. Oké, we verloren een bumpertje hier en daar, een steekas sneuvelde, de radiator kreeg een tik (maar bleef heel!), en er waren wat lekke banden, maar verder niks wat we niet kunnen fixen.

De Disco deed het top. We hebben zelfs meerdere Volvo’s door het zand ggesleept en dat allemaal probleemloos. Wat willen we nog meer? Nou ja, misschien een warme douche om al dat stof af te spoelen. Aan het eind van de dag waren we allemaal beige-rood gekleurd, en de douchebak kleurde vrolijk mee. Daarna nog wat lekker eten, een drankje en uiteraard nieuwe sterke verhalen.

Morgen staat er weer een extreme route op het programma, dit keer samen met de Range en de Lada. Iets minder uitdagend misschien, maar vast niet minder leuk.

De start van het avontuur

Het avontuur is officieel begonnen! Vanuit Den Bosch bij Moeke’s zijn we samen met zo’n 40 teams gestart richting Dakar.

De eerste dag begon rond 12:00 uur en na een lange rit van bijna twaalf uur vonden we een plekje langs een zijweg om te overnachten. 

De volgende ochtend vertrokken we vroeg, op zoek naar een goedkoop tankstation ergens in Frankrijk. Dat lag een beetje uit de richting, maar het bleek een gouden omweg: we kwamen langs een Franse bakker met verse baguettes met kaas en ham. Precies wat we nodig hadden.

Na dat heerlijke ontbijt reden we verder. Het was een lange dag achter het stuur, maar we hebben wél de grens overgestoken. De Disco doet het goed – al loopt de temperatuur aardig op (aandachtspuntje).

Rond half zeven vonden we een prima hotelletje in een dorpje iets onder Madrid. Geen toerist te bekennen, alleen locals, en we hebben er heerlijk gegeten en gedronken. Later op de avond kwamen Nick en Minca (ook een Dakar-team) nog aan, en samen hebben we gezellig een wijntje gedaan.

De volgende ochtend vertrokken we rustig aan. Eerst nog even de thermostaat eruit gehaald, in de hoop dat dat de temperatuur wat zou drukken. Koffie, thee, broodje – en weer op pad. Volgens de navigatie zouden we rond half twee aankomen, maar de temperatuur liep opnieuw flink op. Dus gestopt, wat extra aanpassingen gedaan en de lampen eraf gehaald voor wat meer frisse lucht. Misschien helpt het. 

Onderweg besloten we dat het misschien tijd werd voor een andere radiator. Er zijn genoeg autoslopen hier, dus we gingen op pad met ons nieuwe Spaanse woord van de dag: “radiador de agua”. Helaas… zodra ze de auto zagen, wisten ze genoeg “nada para vosotros”. Geen geluk dus. Dan maar hopen dat we in Marokko iets kunnen regelen.

De navigatie gaf inmiddels half vijf aan en een koud biertje (of wijntje) klonk steeds beter. Op onze eindbestemming aangekomen troffen we de andere teams. Gezellige avond, nieuwe mensen leren kennen, sterke verhalen en veel lachen. Precies zoals het hoort op zo’n reis.

Jullie kunnen ons live volgen! Wij zijn team 1120.

 

 

 

Sponsor eventementen

De afgelopen weken hebben we twee hele mooie evenementen gehad.


Ons West-Afrikaans sponsordiner was op beide avonden supergezellig. Iedereen zat lekker te kletsen, er werd goed gegeten en de sfeer was ontspannen. Ellen had heerlijk gekookt en samen met Lisette en Annemijn verliep alles soepel.

 

Daarnaast stonden we twee dagen op de 4x4 vakantiebeurs, waar we Senegalese manden verkochten voor het goede doel. Daarmee steunen we niet alleen de vrouwen in Senegal die de manden met de hand maken, maar ook de meisjes in Gambia. Het waren twee leuke dagen waarin we veel mensen spraken, aandacht konden vragen voor ons goede doel en ook nog wat extra geld ophaalden. En natuurlijk weer dank aan Ellen, die ervoor zorgde dat onze stand er top uitzag.

 

Wij willen iedereen die aanwezig was, geholpen heeft, gesponsord heeft en manden heeft gekocht bedanken voor de steun!

 

Met extra dank aan de organisatie van de 4x4 vakantiebeurs, Aminata van de Senegalese manden en Ellen. 

 

 

 

 

Op weg naar de APK

Na flink wat sleutelen en zweten begint onze Discovery weer op een echte auto te lijken. Alle roestige delen zijn vervangen, er liggen goede banden onder, nieuwe remschijven en blokken erop, een frisse uitlaat eronder, nieuwe pompjes, kabels en slangetjes gemonteerd én een nieuwe accu geplaatst (oké, eerlijk is eerlijk: na een verkeerd boorgat nog maar eentje 😅).

Het vervelende alarmsysteem hebben we er vakkundig uitgesloopt (wie heeft dat nou nodig?) en van binnen en buiten hebben we de auto een flinke poetsbeurt gegeven. Zo schoon en met de stickers van onze sponsors erop, is die nog best mooi! (Nee, we raken er niet aan gehecht...)

En het resultaat? Hij start, hij rijdt, hij remt. What’s next? Juist ja: de APK. Gelukkig kwam hij daar, op een paar kleine dingen na, goed doorheen. Dat betekent dat we nu echt de weg op kunnen om de auto goed te gaan testen en te ontdekken wat er onderweg (misschien) nog naar boven komt.

 

Alle onderdelen die we hebben vervangen en de APK hebben we gesponsord gekregen van verschillende sponsors. Ontzettend bedankt allemaal!

 

 

 

Beetje roestig

We hadden het natuurlijk al gezien, maar pas als je er echt met je neus bovenop staat, zie je hoe het er daadwerkelijk aan toe is. En ja… dat is behoorlijk roestig.

Gelukkig is lassen één van de andere favoriete hobby’s van mijn vader. Dus waar een ander zou schrikken, ziet hij gewoon een leuke uitdaging.

Op naar de loods

 

Niet veel later rijdt mijn vader de auto naar de loods – of beter gezegd: sleept hem erheen – zodat we hem eindelijk eens goed van dichtbij kunnen bekijken. Starten? Geen denken aan. De remmen? Volledig geblokkeerd. De auto op de brug krijgen was daardoor een aardige uitdaging, maar met wat creatief geduw, getrek en gesjor is het gelukt.

En dan begint het echte werk: een plan de campagne. Waarom start hij niet? Is het de accu, de brandstof, de startmotor of iets veel anders? En die remmen, waar zit die vastloper? Eén ding is zeker: dit wordt een puzzel.

Maar hé, puzzels zijn er om opgelost te worden.

 

 

 

Voorjaar 2025: Gevonden! 

 

We hebben ‘m gevonden. Onze Dakar-auto stond al zeker tien jaar in een hoekje, met de modder van de laatste off-roadrit er nog op. Die modder heeft inmiddels plaatsgemaakt voor een flinke dosis roest, maar dat mag de pret niet drukken. Want onder al dat stof en staal zit precies de motor die mijn vader wilde: een onverwoestbare 300Tdi. Dus ja – dit wordt ‘m.

 

 

 

Najaar 2024: Hoe het begon.. 

Op zomaar een dag bellen mijn vader en ik elkaar, zoals we elke week wel een keer doen, om gewoon even bij te kletsen. We hebben het over van alles en nog wat, totdat het gesprek op mijn oude Hyundai Atos belandt. Die lijkt er een sport van te maken om elke week een nieuw geluidje te verzinnen. 

Opeens vraagt mijn vader: "Zeg, lijkt het je niet leuk om mee te doen aan de Amsterdam Dakar Challenge?" Mijn eerste reactie: "Ja, gaaf!" – gevolgd door: "Maar toch niet met die Atos?!?" Gelukkig stelt hij me meteen gerust. Nee, niet met de Atos.

Het wordt (hoe kan het ook anders) met een Land Rover. Maar… we stappen wel een béétje van ons geloof af. Geen Defender dit keer, maar een Discovery 1. Mijn reactie: "Pap, een Disco? Echt?" Maar goed, hij had natuurlijk weer goed nagedacht (zoals altijd, als het om auto's gaat).

Zijn eerste argument: de onderkant van een Discovery 1 lijkt veel op die van een Defender. En laat dat nou precies het deel zijn waar mijn vader blindelings zijn weg in weet. Handig dus in een eventuele opbouwfase en voor als er onderweg, ik noem maar wat iets afvalt, iets breekt, iets lekt of iets ineens begint te roken.

Het tweede argument: we gaan er (hopelijk) minder gehecht aan raken. Want laten we eerlijk zijn: het is niet onze favoriete Land Rover. En dat is misschien maar beter ook… Want na alle dagen sleutelen, zwoegen, zweten, lachen, vloeken, rijden, schroeven, smeren, en herinneringen maken – laten we deze auto achter in Dakar.

Maar niet zomaar. Hij wordt daar geveild voor het goede doel. Dus na al die kilometers, alle avontuur en al die herinneringen, krijgt deze Disco een tweede leven. En met de opbrengt van de veiling hopen wij dat er zoveel mogelijk kansarme meisjes een schoolpakket kunnen krijgen.

Dus op zoek naar die geschikte of nog deels ongeschikte Disco 1...